Meer dan de helft van het stedelijk gebied is particulier eigendom. Voor het vergroenen van de stad en het creëren van bewustzijn bij de burger met betrekking tot klimaatadaptatie en biodiversiteit is het belangrijk om ook de particuliere eigenaren te stimuleren om te vergroenen. Dit kan bijvoorbeeld door het stimuleren van ontharden en vergroenen, het aanplanten van bomen in de tuin voor schaduw en het planten van hagen als erfafscheiding.
Ook op kleine schaal kan voedsel verbouwd worden: door het aanleggen van een vierkante meter tuin, door een mini-tuin op het balkon en door een moestuin aan te leggen.

Hoe groot moet een moestuin zijn?
Afmetingen productietuinen per persoon
Gedeeltelijke zelfverzorging:
25 m2 (Groente, fruit en kruiden inclusief paden en compostering)
Vergaande zelfverzorging:
70 m2
Volledige zelfverzorging:
170 m2 waarvan:
- 20 m2 groente voor directe consumptie
- 40 m2 voor inmaak en aardappels
- 100 m2 voor fruit en noten en
- 10 m2 voor paden en compostering
