Beken speelden een belangrijke rol bij het ontstaan van Enschede. De eerste bewoners hebben zich hier gevestigd, omdat er genoeg water voorhanden was. Het water gebruikten zij als drinkwater, waswater, voor bewatering van de akkers en zelfs voor de verdediging van de stad. Enschede had tot aan de 19e eeuw een stadsgracht.
Eén van de vele beken in Enschede was de Roombeek. De Roombeek functioneerde eeuwen als aan- en afvoer van water voor de textielindustrie. Op de bleekvelden – grasvelden behorende
bij de textielfabrieken – werd textiel uitgespreid en door de zonneschijn werd het linnen witter en daardoor meer waard. Op het bleekveld hielden de werknemers van de textielbedrijven het textiel vochtig door er met schepspanen slootwater op te gooien. Na het drogen en bleken kreeg het textiel nog een spoelbeurt.
Voor het bleken van de stoffen was schoon water nodig. Vaak lagen de bleekvelden op plekken waar het grondwater vanzelf naar boven kwam (kwelplekken). Om de aan- en afvoer van water beter te reguleren werden de bleekvelden aangesloten op het lokale beeksysteem.
Verdwijnen van de Roombeek
In het begin van de 19e eeuw bloeide de textielindustrie enorm op in Enschede. Om het linnengoed te bleken, was er steeds meer water nodig. In plaats van het beekwater ging men ook diep grondwater gebruiken want dat was te allen tijde ruimschoots aanwezig. Het massale gebruik van grondwater had tot gevolg dat de bovenlopen van de beken voor een groot deel droog kwamen te staan. De textielindustrie loosde het gebruikte water in de beek. Door de vervuiling was het beekwater niet meer te gebruiken voor het bleken van textiel. Er worden tegenwoordig tijdens graafwerkzaamheden in gedempte beken nog steeds kleurstoffen aangetroffen in de bodem.
Enschede groeide en er werd steeds meer huishoudelijk afvalwater op de beken geloosd. In droge perioden, wanneer er weinig water in de beek stroomde, stonken de beken. Op een gegeven moment werd besloten de beken af te dekken en werden er riolen gemaakt voor de afvoer van water.
De textielindustrie onttrok ondertussen steeds meer grondwater. Hierdoor stonden sommige delen van de beek helemaal droog. De ruimte kon goed worden benut voor de aanleg van wegen en het bouwen van huizen. Zo werden steeds meer delen van de beek dichtgegooid. Hiermee verdween de Roombeek stapje voor stapje uit het straatbeeld.
De onttrekking van grondwater door de industrie is grotendeels gestopt. Het gevolg is dat
het grondwater weer bijna zo hoog staat als vroeger toen het zo’n goede plaats voor bleekvelden was. De klachten over hoge grondwaterstanden zijn de afgelopen jaren dan ook toegenomen. De overlast door te hoge grondwaterstanden wordt door huiseigenaren opgelost door met een kleine pomp het water onder de woning weg te pompen. Het opgepompte water wordt vaak in het riool geloosd, want alternatieven ontbreken. Dit zorgt voor een overbelasting van het rioolstelsel, overstorten en een inefficiënt gebruik van de rioolwaterzuivering. Inmiddels werkt Enschede aan de realisatie van een gescheiden rioolstelsel en buffer- en infiltratievoorzieningen bovengronds en ondergronds. De beken vervulden altijd een belangrijke rol in het voorkomen van wateroverlast. Beken onttrekken grondwater aan de directe omgeving; de mate is afhankelijk van de grondsoort.
Op veel plekken in Enschede is het grondwater vervuild door de voormalige textielindustrie. Om het grondwater te reinigen wordt het opgepompt en gezuiverd. Ook dit water wordt afgevoerd en waar mogelijk geïnfiltreerd.
Watervisie
De problemen met overtollig grondwater vragen om een goede en duurzame oplossing. Met verschillende experts en partijen is nagedacht over de toekomst van water in Enschede. Deze partijen waren onder andere de gemeente Enschede, het waterschap Regge en Dinkel, waterleidingmaatschappij Vitens en de provincie Overijssel. In 2002 stelden de partijen samen de Watervisie Enschede op. De visie is in het kort: “De blauwe aders terug in de stad”. De Roombeek is één van de blauwe aders.
De loop van de Roombeek
In het proces van herbouw van de wijk Roombeek kwam al snel de wens naar voren om de oude Roombeek te herstellen. Zowel bewoners als bestuur van Enschede wilden dit stukje Enschedese geschiedenis weer bovengronds halen. Hierdoor wordt de waterhuishouding duurzamer, verbetert de leefkwaliteit en wordt de omgevingskwaliteit hoger.
Afhankelijk van de omgevingsomstandigheden en de lokale mogelijkheden stroomt de Roombeek in een natuurlijk bed, in een bovengronds stedelijk kanaalsysteem, door vijvers en soms ook nog door buizen. Daar waar de Roombeek ondergronds stroomt is dit bovengronds door een lint van blauwe tegels gemarkeerd.
Van sommige wijken wordt het regenwater of het drainagewater naar de Roombeek afgevoerd. In de wijk Roombeek wordt het gezuiverde grondwater toegevoegd.
Langs de Roomweg wordt de Roombeek een bredere stedelijke waterloop. Vanaf hier is er een extra ondergrondse buis toegevoegd om ook grotere hoeveelheden water af te kunnen voeren terwijl hetzelfde uiterlijk van de ondiepe beek behouden wordt. In het Van Heekpark komen de boven- en ondergrondse stroom via een waterspeelplaats weer samen. De beek krijgt hier een groene inbedding. In het Ledeboerpark volgt de beek zijn oude bed en is er een overstromingsgebied aangelegd waar de waterhoeveelheden na heftige buien opgevangen kunnen worden. De Roombeek stroomt dan als Drienerbeek naar Hengelo waar een “waterrondweg” is gerealiseerd om wateroverlast in Hengelo te voorkomen. Na Hengelo stroomt de Drienerbeek in de Regge.
De Roombeek heeft wisselende waterstanden en voert na heftige regenbuien meer water af.
[De Roombeek, Projectbureau Roombeek, Waterschap Regge en Dinkel (nu Vechtstromen), Gemeente Enschede, 2008]