Gemeenschapstuinen, Parijs

Gemeenschapstuin in Parijs © atelier GROENBLAUW, Madeleine d’Ersu

Een jardin partagé is een door de buurt opgerichte en beheerde tuin op een stukje publieke grond uitgegeven door de lokale overheid. Hoewel informele en tijdelijke kleine tuinen al eerder door stadsbewoners op lege en verwaarloosde binnenstedelijke gebieden werden aangelegd begonnen jardins partagés zich pas echt te ontwikkelen in Lille en later in Parijs in de jaren negentig, in Parijs in grootte variërend van 70m2 tot 1000m2.

Deze nieuwe vorm van delen van stadsgrond is geïnspireerd door de ‘community gardens’ van New York en Montreal. In tegenstelling tot de volkstuinen die individueel gebruikt worden en meestal gesitueerd zijn aan de rand van de stad, worden de jardins partagés collectief beheerd door een groep  mensen en maken ze onderdeel uit van de stad.

Om aan de groeiende behoefte van de stadsbewoners tegemoet te komen werd in Parijs rond de eeuwwisseling het zogenaamde Main Verte programma (vergelijkbaar met Green Thumb in New York) opgezet om de beweging van gemeenschapstuinen en de erbij behorende educatie te formaliseren, te ondersteunen en aan te moedigen en tegelijkertijd het aangaan van sociale banden in de buurt te bevorderen.

De lokale overheid stelt grond die niet of tijdelijk niet gebruikt wordt beschikbaar en maakt deze  zonodig leeg, zorgt voor een wateraansluiting en omheint het gebied. De grond wordt één tot vijf jaar ter beschikking gesteld; deze periode kan verlengd worden als de stedelijke planning dat toelaat. In ruil voor deze verplichtingen houden de amateur-tuinders zich aan specifieke ecologische richtlijnen, zoals composteren, het gebruik van regenwater voor het geven van water, ecologisch tuinieren en hergebruik van materialen. De tuindersgemeenschap tekent de ‘Charte Main Verte’, het groene vinger pact, dat ook wekelijkse openingstijden voor het publiek, de organisatie van voor het publiek toegankelijke activiteiten, een beheersplan en communicatie regelt. Ondanks de omheining is een jardin partagé een openbaar gebied. Als het hek open is, mag iedereen binnen komen.

Jardin partagé / Jardins du Ruiseau, Parijs © Michel Koenig / Claude Frison
Potager des oiseaux, Parijs © Michel Koenig
Jardin de l’Aqueduc, Parijs © Michel Koenig

De jardin partagé gebieden kunnen een combinatie van gemeenschappelijke of ook gedeeltelijk individueel gebruikte tuinen zijn. Sommige van de tuinen maken onderdeel uit van sociale programma’s en reïntegratie-programma’s, of onderdelen van de tuin zijn gereserveerd voor educatieve doeleinden zoals schooltuinen of voor kinderen uit de buurt, of worden therapeutisch gebruikt. In 2009 is zelfs een 800 m2 grote tuin met een focus op sociale integratie op het dak van een gymnasium (het Vignolles Gymnasium) gerealiseerd. Jardins partagés zijn ook gerealiseerd in publieke parken om de omwonenden te stimuleren om meer betrokken te raken bij het park.

Een grote verscheidenheid aan stadsbewoners participeert in de jardins partagés: verschillende generaties, verschillende sociale achtergronden, verschillende culturen en herkomsten. De jardins partagés zijn hierdoor ook een uitstekend middel om kennis en tradities uit te wisselen en te delen.

Het succes van de tuinen gaat veel verder dan de initiatiefnemers beoogden. In tien jaar zijn in Parijs 70 tuinen aangelegd.

Parijs binnen de ring heeft een bevolkingsdichtheid van 21.196 inwoners/km2 en is een voorbeeld van het ‘Compact City’ model waarin de jardins partagés tegemoet komen aan de grote behoefte van vele stadsbewoners om een ruimte buiten te bezitten als een soort uitbreiding van hun huis. Zelfs stadsbewoners die niet tuinieren, zien jardins partagés als een heel goede manier om dichterbij de natuur te komen.

Place Villemin, Parijs © Michel Koening

Niet alleen bieden jardins partagés toegankelijke groene ruimtes in de steden en vergroten ze de leefbaarheid, ook vormen ze nieuwe sociale en culturele ontmoetingspunten. Doordat ze recreatietuinders verbinden met professionals, verbinden de jardins partagés de sociale utopieën van het verleden waarvan zij de opvolgers zijn, met die van de toekomst: nieuwe ontmoetingsplekken, geïmproviseerde feesten, kennisuitwisseling, plantenruil, koffieconcerten, spontane debatten en straatkunst.

De tuinen zorgen voor effectievere participatie en een nieuw gevoel van burgerschap in een verdeelde maatschappij, meer flexibiliteit en verrassingen in een nogal rigide stad als Parijs, een beetje hoop in een onzekere wereld.

In iedere periode van de geschiedenis vernieuwen steden hun relatie met de natuur. Het grote enthousiasme van de Parijzenaars reflecteert de noodzaak om tuinen op te nemen in een stedelijke herinrichting. In dat opzicht zijn de jardins partagés een prachtige manier om de stad opnieuw uit te vinden en om te laten zien dat tijdelijke acties van cruciaal belang zijn voor de organisatie van een duurzamere stad.